22 mei 2007
Justitie blijft de 25-jarige Libiër Ahmed Issa verdenken van opzettelijke brandstichting van het cellencomplex Schiphol Oost. Het Openbaar Ministerie kan hier na ruim anderhalf jaar onderzoek echter geen bewijs voor vinden. Onderzoek van Ingenieursbureau DGMR uit Maastricht wijst uit dat er ‘geen overtuigende aanwijzingen’ zijn dat de brand opzettelijk is aangestoken. Op schaamteloze wijze wordt Ahmed Isa Al-Jabali, die ernstig gewond raakte tijdens de brand, als zondebok gebruikt. Gepoogd wordt om de politieke verantwoordelijkheid van voormalige minister van Justitie Donner, Vreemdelingenzaken Verdonk en VROM Dekker te verdoezelen.
Ahmed Isa werd in september 2005 op het Centraal Station van Amsterdam bekeurd wegens het roken op een te grote afstand van een rookpaal. Hij werd hierbij aangehouden omdat hij geen verblijfspapieren had en naar het Uitzetcentrum Schiphol gebracht. In de nacht van 25 op 26 oktober 2005 brak in deze gevangenis voor mensen zonder papieren brand uit waarbij 11 doden en 40 gewonden vielen.
De brand brak uit in cel 11 van de K-vleugel van het cellencomplex, de cel waar Ahmed Isa opgesloten zat. Hij viel in slaap na z’n sigarettenpeuk weggeschoten te hebben. Zijn papieren lakens vatten vlam, hij werd wakker, probeerde de brand te doven en schreeuwde om bewakers te alarmeren. Tevergeefs. Bewakers haalden hem uiteindelijk net op tijd bewusteloos uit zijn cel en legden hem op de grond in de gang om andere deuren te openen.
Andere gedetineerden die hun cel uitkwamen sleepten hem mee naar buiten. Op de Intensive Care van het VU-ziekenhuis in Amsterdam werd Ahmed Isa beademd en kunstmatig in coma gehouden vanwege de ernst van zijn verwondingen. Het ging om tweedegraads brandwonden aan zijn handen, benen, borst en gezicht. Dit gebeurde onder constante bewaking van twee marechaussees. Na negen dagen kwam hij bij. Een dag later werd hij overgebracht naar het Penitentiair Ziekenhuis te Scheveningen waar hij op 7 november door de marechaussee werd aangehouden.
Het Openbaar Ministrie klaagde Ahmed Isa echter aan wegens opzettelijke brandstichting met de dood tot gevolg. Hij zou spullen op het matras hebben verbrand en de prullenbak in de fik hebben gestoken. Een veroordeling hiervoor kan hem levenslang kosten. Ahmed Isa heeft echter altijd gezegd dat de brand in zijn cel per ongeluk is ontstaan. Verwondingen die hij heeft opgelopen passen in het beeld dat hij de brand heeft proberen te blussen. “Ik wil mijn onschuld bewijzen. Ik wil de rechter vertellen dat ik wakker werd door het vuur aan mijn voeten. Dat ik geprobeerd heb het vuur te doven en alarm heb geslagen.”
De twee bewaarders, die als eersten aanwezig waren bij de cel van Ahmed Isa, worden door het Openbaar Ministerie verdacht van dood door schuld. Zij haalden hem met gevaar voor eigen leven uit zijn brandende cel en lieten vervolgens de celdeur openstaan, volgens het OM tegen de regels. ‘De bewaarders hebben bepaalde instructies niet nageleefd en niet conform de afspraken gehandeld.’ De bewaarders hadden echter geen ervaring op het gebied van brandpreventie, Het enige dat zij daarover wisten hadden zij in drie uur geleerd tijdens hun opleiding. Zij hebben nooit een brandoefening gehad en hebben in de nacht van 25 op 26 oktober geen instructies gehad van hun meerdere over hoe te handelen.Ahmed Isa werd in voorlopige hechtenis genomen en op 21 november 2005 overgeplaatst naar de Penitentiele Inrichting Noord Holland Noord te Heerhugowaard. Hij kreeg terstond een disciplinaire straf opgelegd van 14 dagen isolatie met bewakingscamera omdat hij ‘een suicide- en/of zelfbeschadigingsgevaar op zou leveren’. Zijn kleren werden hem afgenomen en vervangen door een papieren overall. De cel bevatte slechts een matras, een deken en een camera. ’s Ochtends mocht hij een kwartier douchen, luchten en roken. Het licht brandde dag en nacht. Hij mocht zichzelf verzorgen aan zijn brandwonden. Hierbij reikte de verpleger hem zalf door het luikje. Hij mocht geen medegedetineerden zien. Na twee weken werd hij in een cel geplaatst met twee infrarood bewakingscamera’s. Hoewel Ahmed Isa zeven maanden separaat werd opgesloten en onder permanent toezicht stond, werd hij elke dag om 17u gefouilleerd en gevisiteerd. Volgens radionieuwsuitzending van Argos van 18 mei 2007 werd het detentieregime direct opgelegd door de directie van de Dienst Justitiele inrichtingen vanuit het ministerie van Justitie uit Den Haag. Er was permanent overleg met het ministerie wat anders alleen in grote zaken gebeurt.
Op 26 april 2006 legde de Jordanees M. die met Ahmed Isa in de Scheveningse Penitentair Ziekenhuis had gelegen, aldus het strafdossier de volgende verklaring af bij de rechter commisaris: ‘Op 20 april zijn bewakers bij mijn cel geweest (…). Zij hebben tegen mij gezegd dat ik moet zeggen dat Al J. de brand heeft gesticht. Dat was een bewaker uit Demersluis. Hij zei: Je moet het zo vertellen, die Libier wilde zelfmoord plegen en je moet zeggen dat hij het heeft gedaan (…). Al J. zei dat hij niet wist hoe het gekomen was. En dat hij wakker werd van geschreeuw en vuur zag in zijn cel (…). U vraagt mij of hij gezegd heeft of hij zelf een rol heeft gespeeld. Daarover heeft hij niets verteld.’
Justitie hanteert sinds het begin de theorie dat er twee brandhaarden in cel 11 van Achmed Isa waren. Dat zou opzettelijke brandstichting aantonen. Het Nederlands Forensisch Instituut, die onderzocht welke omstandigheden van invloed zijn geweest op de rookontwikkeling in het cellencomplex, en de Onderzoeksraad voor Veiligheid van Pieter van Vollenhoven haalden die theorie onderuit.
In september 2006 concludeerde de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat er minder of geen doden waren gevallen als de overheid zich beter aan de regels voor brandveiligheid had gehouden. De onderzoeksraad wees in deze vernietigende kritiek de Dienst Justitiele Instellingen van Het Ministerie van Justitie aan als hoofdverantwoordelijke ten aanzien van de brandveiligheid van het detentiecentrum. De ministers Donner (Justitie) en Dekker (VROM) traden hierbij af. Van opzettelijke brandstichting door Ahmed Isa bleek volgens de onderzoeksraad geen sprake. Minister De Geus van Sociasle Zaken noemde de brand echter “een rotstreek”. “Een celbewoner is moedwillig bezig geweest brand te stichten, maar wij in Nederland spelen het klaar de halve wereld daaromheen van schuld te betichten”, zei De Geus.
In oktober 2006 bepaalde het gerechtshof in Amsterdam dat het voorarrest van Achmed Isa dat al bijna een jaar duurde moest worden opgeheven en dat hij zich beschikbaar moest houden voor het proces. Hij werd echter niet vrijgelaten. Hier nam minister van Vreemdelingenzaken Verdonk het stokje van minister van Justitie Donner over. Achmed Isa werd door Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken tot ongewenst vreemdeling verklaard en in vreemdelingenbewaring geplaatst in het Uitzetcentrum Rotterdam Airport.
In november 2006 beveelde de rechter opnieuw onmiddelijke vrijlating, Verdonk weigerde en ging in hoger beroep. Intussen kregen 39 overlevenden uit blok K en J van het cellencomplex – onder druk van de tweede kamer – een verblijfsvergunning op medische gronden.
In december 2006 kwam Achmed Isa Al-Jabali eindelijk vrij. Zijn advocaat E. Damman stelde bij de Raad van State dat de vreemdelingenbewaring van zijn cliënt als oneigenlijke verlenging van de voorlopige hechtenis werd gebruikt. De Raad van State oordeelde inderdaad dat Ahmed Isa onrechtmatig in vreemdelingenbewaring zat. Hij mag het land niet verlaten tot het proces is afgerond en moet zich dagelijks bij de politie melden. Als illegaal heeft geen recht op voorzieningen. Het ministerie van Justitie zegde onlangs toe de verdachte maandelijks een financiele vergoeding te geven. Die afspraak is de overheid niet nagekomen. Hij heeft tot nu toe 2 x 50 euro gehad.
Op 14 mei 2007 werd bekend dat een derde onderzoek naar de brandoorzaak – nu uitgevoerd in opdracht van het Openbaar Ministerie zelf – eveneens uitwijst dat er ‘geen overtuigende aanwijzingen’ zijn dat de brand opzettelijk is aangestoken. Na de twee eerdere onderzoeken wilde het OM ‘een aantal zaken uitzoeken’. Het zocht in het buitenland naar bureaus, maar kwam uit bij het Nederlandse Ingenieursbureau DGMR uit Maastricht. Hun technisch onderzoek wijst echter uit dat ‘een ongeluk geenszins is uit te sluiten’. Het Openbaar Ministerie kan na ruim anderhalf jaar onderzoek niet bewijzen dat Ahmed Isa opzettelijk brand stichtte in het cellencomplex op Schiphol.
Op 21 mei 2007 diende de strafzaak tegen Ahmed Isa waarvan de uitspraak over een drietal weken zal bekend zal worden. ‘Hier is sprake van tunnelvisie’, zegt advocaat Damman. ‘Vanaf het begin hebben ze het onderzoek gericht op brandstichting. Het OM probeert mijn cliënt de schuld in de schoenen te schuiven, maar dat is niet gelukt (….). Ze willen perse iemand veroordeeld krijgen.’ De advocaat overweegt naar het Europees Hof voor de rechten van de mens te stappen wegens foltering.
Op schaamteloze wijze worden Ahmed Isa Al-Jabali en de twee bewaarders als zondebok gebruikt. Beschuldiging van brandstichting en dood door schuld jegens hen zijn bedoeld om de eigen verantwoordelijkheid van de ministers te ontlopen. Het zijn de voormalig minister van Justitie Donner en van Vreemdelingenzaken Verdonk die een vreemdelingendetentiemachine in gang hebben gezet van het goedkoop opsluiten van veel mensen zonder papieren. Hierbij werd bewust allerlei veiligheidsvoorschriften en mensenrechten aan de kant gezet. Zij zijn verantwoordelijk zijn voor dood door schuld en medeplichtigheid aan zwaar lichamelijk letsel jegens de slachtoffers van de schipholbrand. Het is dan ook bijzonder wrang dat de politiek kort na zijn aftreden ingestemd heeft met de terugkomst van Donner nu als minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Donner die het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid kraakte heeft zich (evenals Verdonk) nooit persoonlijk verantwoordelijk gevoeld voor de brand. De jacht door het Openbaar Ministerie op Ahmed Isa en de bewaarders moet in dit licht wortden bezien. Het moet de eigen verantwoordelijkheid van Donner, Verdonk en Dekker naar de achtergrond schuiven. Donner zelf was als toenmalige minister van Justitie bovendien verantwoordelijk voor het Openbaar Ministerie en voor het bikkelharde detentieregime die Ahmed Isa moest ondergaan.
Ahmed Isa dient als slachtoffer van de brand een verblijfsvergunning te krijgen. Voor zijn onmenselijke behandeling heeft hij recht op een schadevergoeding. Donner dient af te treden als minister in de huidige regering.
All Included ziet de schaamteloze beschuldiging en behandeling van Ahmed Isa als een voortvloeisel van het afschrikkingsbeleid waar het migratiebeleid op is gebaseerd. Na de schipoholbrand is er even een opleving geweest van aandacht voor de schending van mensenrechten die in vreemdelingendetentie plaats vindt. Nederland is op dit terrein het meest repressief land in de Europese Unie. Per 100.000 inwoners sluit Nederland veel meer mensen op in vreemdelingendetentie dan welk land dan ook. Nederland is met Engeland het enig land waar geen maximumduur aan verblijf in vreemdelingenbewaring is gesteld. Alle andere landen zeggen mede op basis van het Europees Verdrag dat het slechts twee of drie maanden, of twee weken, mag zijn. In Nederland worden migranten zonder papieren soms een jaar opgesloten zonder dat ze enig strafbaar feit hebben gepleegd. Onlangs werd in Dordrecht een nieuwe bajesboot geopend en staan twee bajesboten in Zaandam en een enorme vreemdelingengevangenis in Alphen aan de Rijn op het punt open te gaan. Ook het huidige rijksbeleid blijft gebaseerd op angst voor migratie en afschrikking als gerechtvaardig middel tegen migranten.
Het toont het failliet van deze kijk op migratie. All Included keert zich tegen vreemdelingendetentie, gedwongen uitzettingen en het tot illegaal betempelen van mensen. Migratie is een onderdeel van de globalisering. Het enig alternatief is een andere benadering die uitgaat van gelijke rechten en kansen en van een eerlijke verdeling van welvaart over de nationale grenzen heen.
Geen mens is illegaal!
All Included, 22 mei 2007